Jaren terug was ik met met mijn man en twee dochters in de Efteling. De oudste dochter was toen nog een peuter, terwijl de jongste volledig overprikkeld in haar buggy hing. Dat was nu wel anders. Nu ging de oudste met haar vader alle achtbanen in, terwijl de jongste en ik door het Sprookjesbos trokken. Het was anders. Maar even leuk. Dat wel.
Geen herinneringen
Maar goed, aan het het eerste bezoek aan de Efteling hadden de dochters logischerwijs niet zoveel herinneringen. De oudste kon zich nog iets herinneren van het Sprookjesbos en van de speeltuinen, maar voor de rest bleef het vaag. De jongste was natuurlijk veel te jong.
Hotel
Geen wonder dat ze weer naar de Efteling wilden. Nu wonen we in Friesland, dus een dagje pretparken in Brabant is best ver. Maar ach, vorige keer sliepen we ook in het Efteling hotel. Dat konden we gewoon weer doen. Leek de dochters ook een prima idee, ‘want dan kunnen we twee dagen naar de Efteling.’
Waar.
Even wennen
En dus vertrokken we op een mooie donderdagochtend naar Brabant. Om een uur of 11, 12 waren we d’r. De spullen dropten we in de bagageruimte van het hotel en daarna liepen we naar het park. En mensen, ik moest even wennen. Ik ben al niet zo’n fan van pretparken – deze sufferd durft niet in achtbanen of alles dat harder gaat dan vijf kilometer per uur – en daarbij was het ook nog eens warm. En druk.
Dit worden twee lange dááááágen, dacht ik nog.
Vooral toen ik telkens moest wachten op mijn man en twee dochters die wel de achtbanen ingingen. Zelfs mijn jongste dochter – die normaal gesproken ook niet énorm fan is van achtbanen – ging mee.
Daar zat ik dan.
‘Wie heeft dit bedacht?’
Gelukkig besloten ze daarna wel ‘iets’ te doen ‘wat mama ook leuk vond.’ En dus gingen we de pagode – de beroemde toren die omhoog gaat en waarvandaan je een mooi uitzicht hebt over dat park en de omgeving – op en later de gondelbootjes in. Tot ergernis van mijn oudste dochter – een echte puber – die dit overduidelijk het stomste vond dat ze ooit had moeten doen. ‘Wat is dit saai. Wie. Heeft. Dit. Bedacht?’
Geen wonder dat zij en mijn vriend daarna wéér de achtbanen in wilden.
Rennen door een leeg park
Mijn jongste dochter niet. ‘Ik blijf bij mama.’ De lieverd. En dus gingen we opeens geestige attracties in als Carnaval Festival. En ja, we hebben dat deuntje nog de héle nacht in ons hoofd gehad.
Uiteindelijk werd het al wat later, gingen we naar ons hotel en aten we daarna – aan het andere kant van het park – in een restaurant met pasta en pizza. Ik heb mijn familie nog nooit zo snel zien eten. Blijkbaar maakt een pretpark hongerig. Daarna viel mijn jongste dochter bijna aan tafel in slaap.
Maar voordat je nu denkt dat we naar huis zijn gesloft? Nee. De attracties waren weliswaar gesloten, maar de bezoekers van het hotel konden nog gewoon over het park lopen. Nou ja, lopen? Mijn gezin heeft gerend naar het hotel. ‘Want dat kon nu zo goed in het lege park.’ Echt hoor, net als ik denk dat mijn gezinsleden geen energie meer hebben, zetten ze er nog een tandje bij.
Je zal niet verbaasd zijn dat ze daarna wel heel goed hebben geslapen in dat hotel.
Rennen naar de Baron
Al moest iedereen uit bed getimmerd worden om kwart over acht, want mijn oudste dochter en vriend wilden een half uur voor openingstijd – dan mag je al in het park als hotelgast – rennen naar de achtbaan De Baron. Daar wil klaarblijkelijk iedereen in, dus hoe eerder ze er waren, hoe beter.
Het ontbijt in het hotel werd dan ook in hoog tempo naar binnen gewerkt en voor half tien stonden we al voor het hek te wachten. Samen met andere gasten. ‘Waarom kunnen we nog niet naar binnen? Ik moet naar de Baron’ riep mijn vriend lachend twee minuten voor openingstijd tegen een medewerker zonder scanapparaat. ‘HIJ ZEGT WAT IK DENK!’ brulde een grote Duitser die ook naar de Baron wilde. Een kleine Fransman die erachter stond, knikte ook. ‘Oui, moi aussi!’
Echt hoor, de EU verbroedert niet, rennen naar de Baron wel.
Gelukkig voor mijn vriend en onze Europese buren kwam er daarna snel een vrolijke Efteling-medewerker met een scanapparaat. Hij was blijkbaar gewend aan ongeduldige bezoekers. Na het scannen van het kaarten renden mijn vriend en oudste dochter naar de Baron. De Duitsers en de Fransen ook.
En nu?
Mijn jongste dochter en ik keken elkaar aan. Wat moesten wij nu? Maar gelukkig was er de Sirocca. Dat is de voormalige Monsieur Cannibale. Na de nodige controverse hebben ze ‘m nu ongebouwd naar draaiende handelsschuitjes. Mijn jongste dochter vond het fantastisch. We zijn er vier keer in geweest. Om vervolgens weer een rondje te doen in Carnaval Festival.
Wat je al niet overhebt voor je kinderen.
Daarna was ik gewoon blij dat we in de rij konden staan voor de Symbolica. Daar is trouwens niets engs aan. Dat is een prachtige gebouwde attractie waar je in een karretje door de mooiste decors wordt gereden.
Vervolgens hebben we alle sprookjes gezien in Het Sprookjesbos. En dat vonden mijn oudste dochter en ik heerlijk. Het was rustgevend. Vooral omdat de twee andere adrenalinejunkies alle achtbanen ingingen en ons niet lastig vielen met uitspraken als ‘wat vinden jullie nou leuk aan het Sprookjesbos?’ en ‘hier gebeurt toch niets?’
Villa Volta
Uiteindelijk kwamen we elkaar tegen bij de Villa Volta. Dat is dat ronddraaiende madhouse. Ik ben er twee keer in geweest met de jongste dochter. Het was fantastisch. Alleen word ik weer duizelig als ik eraan denk. Maar dat schijnt ook de bedoeling te zijn.
Terug naar huis
Enfin, rond een uur of drie werd het echt regenachtig, we waren moe en we besloten om naar huis te gaan. Al stuitte dat toch op de nodige weerstand. ‘Ik heb helemaal geen zin om weg te gaan’ zei mijn oudste dochter nog. ‘Hadden we hier niet twee nachten kunnen logeren?’ opperde mijn jongste dochter.
Maar twee dagen en één nacht zijn ook al leuk. Vooral omdat ik zeker twee dagen en één nacht nodig heb om te herstellen. Maar leuk was het wel. Eens kijken wanneer we weer gaan. ‘Hopelijk duurt het niet weer zo lang als de vorige keer’ riep mijn oudste in de auto.
Terecht. Over tien jaar gaan we weer. Eens kijken of ik dan wel in een achtbaan durf. Denk het niet.





De Efteling is prachtig, maar eigenlijk vind ik de sfeer leuker dan de attracties zelf. Gewoon de beleving is fantastisch voor ouderen en kinderen. De kunst van Anton Pieck is briljant.