Al wekenlang heb ik iedere dag zin in bitterballen, kan ik om ‘t minste of geringste huilen en heb ik soms ‘t gevoel dat ik al slaapwandelend de dag door kom. Want ja, het is weer zover: ik ben voor de tweede keer zwanger.
Haat aan het eerste trimester
Een dikke twaalf weken ben ik nu. En dat betekent dat het eerste trimester voorbij is. En ik weet niet hoe jullie erover denken, maar ik heb haat aan het eerste trimester. Moeheid? Ik kan er mee leven. Een buik als een bierkrat? Ik ken gezelliger dingen, maar een probleem vind ik het niet.
Maar dat eerste trimester? Af-schu-we-lijk.
Bloedverlies
Komt ook omdat ik – net als in mijn vorige zwangerschap – weer last had van bloedverlies. Ja, dat zeggen ze voordat je zwanger wordt, er nooit bij. Maar dat komt dus heel vaak voor. Bij de één volstrekt normaal, bij de ander een teken van een miskraam.
Bij de vorige zwangerschap had ik het ook. Zo erg dat ik zelfs dacht dat ik een miskraam had. Dat bleek niet het geval. Nu stond ik gelukkig al vroeg onder begeleiding van de verloskundige. Dus toen ‘t weer zover was, mocht ik meteen komen voor een echo. En gelukkig, het bleek allemaal nog vrolijk te bewegen. ‘Blijkbaar hoort dit bij jouw zwangerschappen’, zei mijn eigen lieve moeder.
Dat klopt, maar doodeng is het wel.
Geen fora
Vooral als je op internet gaat zoeken naar andere vrouwen die dit ook hebben. Een advies: gewoon niet doen. Als je gerust gesteld wilt worden, moet je vooral geen berichten op fora voor zwangere vrouwen lezen. Het ene verhaal is nog dramatischer dan het ander. Niet heel bevorderlijk voor je humeur als de hormonen al door je lijf gieren.
Misselijk
En dan was ik ook nog eens een aantal weken heel erg misselijk. Iedere ochtend na het ontbijt was het raak. Met een denkbeeldige knijper op de neus maakte ik ontbijt voor mijn dochter, gaf de katten te eten en hoopte dat ik mijn eigen eten erin kon houden.
Dat lukte vaak niet.
Laat ik het zo zeggen: de wasbak in de keuken diende meerdere doelen. Mijn dochter vond ‘t maar een vreemd verschijnsel en keek vaak met een frons op haar voorhoofd toe. ‘Och mama’, zei ze als ik weer eens net de wasbak had gehaald. ‘Het gaat goed met mama hoor’, riep ik daarna terwijl ik de tranen uit mijn ogen wreef. Gelukkig zijn peuters snel tevreden. ‘Oké’, riep ze dan en ging weer verder met spelen.
Geen zoet, wel bitterballen
Zo heb ik weken dus niet tegen de geur van bieten, bloemkool of appelsap gekund. Gek genoeg ging het in de vishandel prima. Kwam misschien ook omdat ik per se zoute haring moest. Maar dan ook écht metéén.
Best opmerkelijk omdat ik in mijn vorige zwangerschap vooral zoet at. En nu? Man, man … Als ik nu alleen al aan kroketten, bitterballen, zoute haring of chips denk, dan loopt het water mij in de mond. ‘Het wordt vast een jongen’, riep iemand laatst. Zou kunnen. Het kan ook dat er een stronteigenwijs meisje in zit. Geen idee.
Hoe dan ook, de misselijkheid is voorbij. De rare symptomen ook. En ik? Ik ben weer blij. Alleen die bitterballen? Heeft iemand toevallig een bordje van die krengen met mosterd nu klaar staan?
Geef een reactie