Precies een jaar geleden beviel ik na een bevalling van drie uur om een paar minuten voor zes ‘s ochtends van mijn jongste dochter Nicole. ‘Daar ben je dan eindelijk’, waren mijn eerste woorden tegen dat kleine ineengedoken dingetje met het koppie vol zwart haar. Het voelde toen al alsof ze d’r altijd was geweest.
Nu moest ik wel eerlijk bekennen dat ik mij voor de bevalling heel eventjes afvroeg of ik net zo veel van haar kon houden als van d’r zus. Misschien een hele domme vraag, maar toch. Vooral omdat ik dat helemaal niet had hoeven doen, want vanaf het moment dat ze in mijn armen lag, hield ik precies evenveel van haar als van mijn oudste dochter. ‘Je moederhart is gewoon wat groter geworden’, grapte een vriendin later. En daar had ze helemaal gelijk in. Dat is het.
En Nikki – zoals we haar dankzij haar zus al snel noemde – bleek ook al zo’n lekker ding. Ik ben blijkbaar als ouder goed voorgeprogrammeerd door moeder natuur, want ook Nikki vond ik de mooiste, de liefste en de leukste. Samen met haar zus, dat dan weer wel.
Ze at meteen als een bouwvakker, groeide als kool, lachte al na een paar weken en bleek een heel vrolijk kind dat overal sliep. Afgezien van wat problemen met spruw, verliep alles best lekker.
Nu ze ouder wordt, wordt het misschien nog wel leuker. Want zeg nou eerlijk, zo’n dreumesje met mollige beentjes en armpjes dat je eindeloos kunt knuffelen, is toch wel redelijk de bom. Vooral als ze leren te staan en de eerste stapjes doen.
Al staat die dag dat ze een plastic blokje inslikte mij nog iets te helder voor de geest, had ze nog wel even mogen wachten met traplopen ( die traphekjes routine moet er weer even in) en zou dat slapen de laatste tijd ook wel iets beter kunnen. Niet dat ze daar zelf wat aan kan doen. Doorkomende tanden (het liefst met drie tegelijk) en griep is ook gewoon verrotte vervelend.
Vooral omdat ze al een paar dagen heel grieperig is. Ze heeft hoge koorts, glazige oogjes, is snotverkouden en hoest zich een slag in de rondte. Het arme kind was afgelopen dagen zelfs te moe om te huilen. Gelukkig knapt ze – juist vandaag – weer een beetje op.
Maar grieperig of niet, want wat ben ik blij met mijn ondeugende jongste. Het lieve dreumesje dat mee wiebelt als haar zus K3 opzet, die giechelt als ze iets doet wat niet mag en die het liefst al zelf een hele banaan op kauwt. Juist dat dreumesje hoort er helemaal bij. Alsof ze d’r altijd al is geweest. Met snotneus en al.
Afbeelding: Daniëlle Spoelstra
Geef een reactie