Vorige week vroegen ze op de kleuterschool ouders die deze week wilden meehelpen met pepernoten bakken. Omdat ik mij tot nu toe nog nooit had opgegeven als hulpouder, en mij daar wat schuldig over voelde, besloot ik dat dit ‘t dan maar moest worden. Maar pepernoten bakken? Hoe ging dat ook alweer? Nou, daar kwam ik vanochtend achter …
Want ja, het was natuurlijk wel handig als ik voor die ochtend op school ongeveer zou weten hoe ik pepernoten moest bakken. Stel je voor dat het die ochtend met die kleuters mis zou gaan en die pepernoten maar niet gaar wilden worden? Of dat ze verschrikkelijk smaakten? Of dat ze zouden aanbranden? Ik zag al vijf paar betraande kindergezichtjes voor me. Je zou om minder nachtmerries krijgen.
Enfin, ik besloot toch maar een receptje voor pepernoten van het internet af te trekken. Allerhande had een recept, plus een bijbehorende kookvideo die ik drie keer heb gezien. Het leek allemaal best simpel. Zelfrijzend bakmeel, suiker, boter, kruiden, beetje zout, wat melk … Dat moest toch wel te doen zijn?
De kleuter had er zin in. Om zeven uur ‘s ochtends vroeg ze al ‘of we pepernoten gingen maken.’ No pressure.
Om een uur of tien begonnen we. Recept opzoeken op de iPad, ingrediënten bij de hand en huppakee, aan de slag. Het viel me wel dat er best veel boter, meel en suiker in moest. Maar hé, als dat er stond, dan deden we dat maar. En het ging ook best lekker. Al slaagde ik erin om bloem op de kat te laten vallen, snoepte mijn kleuter vooral van het deeg en probeerde de andere kat de zak suiker om te krijgen.
Wonderwel slaagde ik er toch in om een mooi bal deeg te krijgen. Even in reepjes verdelen, snijden en dan rollen. En we rolden, en we rolden en we rolden maar. ‘Mama, dit zijn echt wel heel veel balletjes’, constateerde mijn kleuter. Eh ja. Daar had ze gelijk in. Het waren er zoveel dat ze bij lange na niet op de bakplaat pasten.
Snel pakte ik het recept erbij. Wat bleek? We waren pepernoten aan het maken voor tien personen. TIEN!
Van ellende maakte ik er maar wat grotere balletjes van. Dat aantal paste precies op die bakplaat. Daarna schoof ik ze de oven voor een kwartiertje. Maar na dat kwartiertje waren ze nog lang niet gaar. En na vijf minuten ook niet. En na nog vijf minuten nog niet …
Ik werd er chagrijnig van. Wanneer waren die krengen nou ‘ns klaar? Al was ik stiekem blij dat ik dit experiment niet hoefde te beleven met vijf andere ongeruste kleuters. Ik haalde er nog maar eens wat andere pepernoot recepten bij en wat bleek? De oven stond te laag en die dingen moesten véél langer garen.
Wist ik veel.
Na nog een kwartier waren ze eindelijk klaar. En ja, de meeste exemplaren leken meer op kleine koekjes dan op pepernoten. Maar ach, wat maakt het uit: ze waren prima te eten. De dreumes deed dan ook meerdere pogingen om pepernoten te ontvreemden als ik niet keek.
Een goed teken.
Toch zint dit mij niet. Morgen ga ik in herhaling. Met dit recept. Gewoon, omdat ik kleinere, mooie pepernootjes wil. Dat bakt wat leuker. Ook straks met de kleuters. Althans, dat hoop ik dan maar.





Geef een reactie