Eind maart kregen we gezinsuitbreiding in de vorm van een pup. De Ierse terriër Mitch, om precies te zijn. Hij is nu twee maanden bij ons. ‘Hoe gaat het met de hond’ vragen veel mensen dan ook. Nou, het gaat prima met de hond. En met ons ook. Soms dan.
Al hebben we wel de heftigste weken achter ons. Je weet wel, dat zijn de weken dat ze je de eerste nachten wakker houden, pups grote gelijkenis vertonen met een lekkende kraan, je overal poepjes vindt en dat ze overal in bijten. Maar dan ook o-ve-ral.
De nachten …
Nu hadden we geluk met die nachten. Na twee tot drie nachten was de pup al stil. Misschien lag het aan de kat die ook in de kamer rondliep, misschien lag-ie wel lekker in zijn mandje of wellicht vond-ie het gewoon wat minder eng.
Hoe dan ook, toch netjes van ‘m.
Zindelijk worden
Al vonden we iedere dag in de bench wel een plasje en een poepje. Dat gaat beter. Ik kan je melden dat het – afgezien van vanochtend – het steeds beter gaat. We hebben er tegenwoordig ochtenden bij dat-ie helemaal niets heeft gedaan en pas buiten zijn behoefte doet.
Overdag is-ie zo goed als zindelijk. Mensen, ik vind dat toch best redelijk voor een pup van zeventien weken. Oké, het weer werkt mee. Zon, lekker warm, geen regen … Dan wordt het toch leuker voor een pup om buiten z’n behoefte te doen. Ik bedoel, regen helpt niet mee. Voor niemand eigenlijk.
Lees: we gaan de goede kant op.
Bijten
En zoals dat hoort beet de pup de eerste weken overal op. Plinten, tafels, stoelen, de krabpaal, mijn pantoffels, de kleding van de peuter … Hij hing overal op, aan of in. Gelukkig vond-ie zijn botjes ook best lekker. Redelijk. Soms. Maar laat ik nu maar zeggen dat sommige plinten er niet meer zo heel florissant uitzien.
Sorry plinten.
Gelukkig bijt-ie nu wat minder.
Ondeugend
Wel is de pup nog héél ondeugend. Hij springt op banken (mag niet), jat brood van de kinderen (mag al helemaal niet) en plaagt de kat (daar weet de kat wel raad mee, iemand moet de baas zijn).
En oh ja, als je pech hebt en je even ergens anders bent, gaat de pup gewoon lekker een beetje loungen op de bank. Man, hij moet wat minder op mij lijken:
Het ergste? Ik moet er soms toch nog stiekem om lachen ook. Niet dat ik dat kan laten merken, iets met strenge bazin and all, maar ik kan het niet helpen. Met zijn driehoekige oortjes, bruine oogjes en te lange poten ziet hij er het leukst uit wanneer ie net iets héél ondeugend heeft gedaan.
Lief
Maar weet je, hij is ook gewoon heel lief. As we speak zit ie nu in de tuin met z’n speelgoed te spelen. En straks begroet ie iedereen die hier binnenkomt enthousiast, kan hij vervolgens ook heel lief slapen en is-ie dol op wandelen. Dan wekt-ie soms wel eens de indruk dat hij daadwerkelijk naar mij luistert.
Toen mijn vriend dan ook grapte tegen de oudste dochter ‘dat hij de hond ging verkopen’ werd ze woedend. ‘Nee, papa. Mitch hoort bij ons! Het is onze hond!’
En dat vat het allemaal wel samen. Mitch de pup hoort er al helemaal bij. Hij is onderdeel van het gezin. Gelukkig maar, ik zou het ook niet anders willen. Alleen dat bankspringen moet ik nog met dit nieuwe gezinslied bespreken.
Geef een reactie