Om maar met de deur in huis te vallen: ik ben absoluut niet lenig. Zelfs een koprol wordt voor mij een uitdaging. Mijn oudste dochter daarentegen is een groot liefhebber van turnen. Zij deed onlangs dan ook mee aan haar eerste turnwedstrijd. En leuk dat ze het vond.
Dol op turnen
Want zo lang zit mijn dochter nog niet op turnen. Maar iedere week kijkt ze er weer naar uit. ‘Ik vind maandag echt de leukste dag van de week’, zei ze laatst.’Want dan heb ik én gym én turnen.’
Juist.
>> Al zit mijn dochter ook op volleybal
Maar goed is dat enthousiasme wel. En je begrijpt dat ze nog enthousiaster was toen de eerste turnwedstrijd werd aangekondigd. ‘Mama, ik wil zo graag meedoen!’
Ik was in eerste instantie dan weer niet zo enthousiast. Zo lang zat ze ook alweer niet op turnen. En ze moest nog een hoop dingen leren. Gelukkig turnt ze met een vriendinnetje en die moeder verzekerde mij dat die turnwedstrijd ‘heel ontspannen en gezellig’ was. ‘Joh, en iedereen wordt – op een paar kinderen na die er met kop en schouders bovenuit steken – derde.’
Dat klonk geruststellend.
Ik heb haar ingeschreven. Tot grote vreugde van mijn dochter.
Turnwedstrijd
En dus vond ik mij laatst terug om negen uur ‘s ochtends op een zaterdag in een turnhal. Mijn dochter had er vreselijk veel zin in. Al vond ze het ook wel een beetje spannend. Maar ja, gezonde spanning hoort er natuurlijk altijd bij.
Ik vond een stoel en zat tussen twee andere moeders – toevallig ook nog een moeder van een klasgenootje van mijn oudste dochter – die uiterst sociaal waren. Want tot mijn grote verbazing praatte iedereen daar met elkaar in het publiek.
Het was warempel gezellig.
Daarna gingen mijn dochter en de andere meiden los op allerlei toestellen. Ik zag mijn dochter een koprol en een radslag doen op de balk, een salto oefenen op de trampoline en een – ik leer bij – arabier doen op de mat.
Ik geef het toe: ook al zou ik zelf nooit kunnen doen wat mijn dochters en die meiden deden, het was leuk om naar te kijken. Er stond lekkere muziek op, de trainers waren behulpzaam en bij alle kinderen straalde het plezier ervan af.
Dat laatste is natuurlijk het belangrijkste.
Het uur vloog voorbij
Derde
En na dat uur was de prijsuitreiking. Die moeder van dat vriendinnetje had helemaal gelijk. Het was heel gezellig en gemoedelijk. Alle namen werden omgeroepen en iedereen kreeg een medaille. Laat ik het zo zeggen: negentig procent werd derde.
Helemaal goed.
Met een grote glimlach keerde mijn dochter dan ook terug met een medaille. ‘Ik vond het zo leuk!’ Later vertelde ze wat beter moest, wat ze wilde oefenen en dat ze nog een turnwedstrijd wilde doen.
Dat komt allemaal nog wel.
Blij dat mijn dochter niet mijn a-sportieve lijf heeft geërfd. Het levert je in ieder geval een stuk meer turnplezier en een medaille op.
© 2019, Danielle Spoelstra. All rights reserved.
Geef een reactie